Doen Europese bedrijven met overzeese industriële plannen er best aan om een lokale staalconstructeur in te huren? Praktische ervaring toont aan dat dit niet altijd de slimste optie is. De risico's zijn vaak hoog en de expertise van een Europese specialist biedt over het algemeen meer mogelijkheden om risico’s en kosten te beheersen. Maar het vereist wel een staalconstructeur die voor dat soort werk is georganiseerd.
De staalconstructie is over het algemeen het eerste element dat opgetrokken wordt bij de bouw van een nieuwe fabriek. Vanuit budgettair oogpunt is het vaak een van de meer bescheiden onderdelen; het vertegenwoordigt misschien vijf procent van de totale kosten. Een groot deel van de staalconstructie is echter van cruciaal belang voor de projecttiming, omdat al het andere ervan afhankelijk is. “Procesapparatuur kan niet worden geïnstalleerd vooraleer de staalconstructie klaar is,” zegt Dirk Teuwen, Business Unit Manager Steelworks bij TCS. “Het zit duidelijk op het kritieke pad, dus bedrijven doen er beter aan om geen risico's te nemen."
Een lokale staalconstructeur kan risico’s met zich meebrengen. Teuwen: “Zijn ze in staat om aan de vereiste kwaliteitseisen te voldoen en op tijd te leveren? Het zou kunnen van niet, vooral als er specifieke technische uitdagingen spelen. Denk aan structuren die onderhevig zijn aan trillingspatronen of andere complicerende factoren. In dergelijke gevallen is het misschien beter om te profiteren van de technische expertise en praktijkervaringen van een Europese staalconstructeur.”
De bouw van de staalconstructie zit op het kritieke pad van elk industrieel project, dus bedrijven doen er beter aan om er geen risico's mee te nemen
Het is perfect mogelijk om een staalconstructie in Europa te ontwikkelen en te maken en de onderdelen te verschepen om in Afrika, Midden-Amerika, het Midden-Oosten of Rusland te worden opgebouwd. “We hebben dit soort projecten bij TCS al vaak gedaan,” bevestigt Teuwen. “We hebben bijvoorbeeld hier in Europa de staalconstructies van enkele van de grootste methanolfabrieken ter wereld gemaakt. Ze zijn vervolgens in Trinidad en Tobago opgetrokken. We hebben staalconstructieprojecten gedaan voor agro-industriële productie-eenheden in Nigeria. We hebben reformerplatforms ontworpen voor Qatar en Cuba. Er zijn ook projecten in Ghana, Siberië, Egypte en de Verenigde Staten. In al deze projecten hebben lokale teams de structuur ter plaatse opgezet, maar wij waren wel de meesters van het spel, wij zorgden ervoor dat de deadlines gehaald werden en dat de kwaliteit hoog was.”
De staalconstructeur moet daarvoor wel goed georganiseerd zijn. “Niet elke Europese constructeur kan dergelijke projecten uitvoeren,” erkent Teuwen. “Ten eerste hebben ze een studiebureau nodig met een solide kennis van niet-Europese normen, bijvoorbeeld in verband met weerstand tegen aardbevingen. Constructies moeten ook zo worden ontworpen dat ze gemakkelijk in batches kunnen worden verzonden en door lokale teams kunnen worden opgesteld met behulp van speciale apparatuur. Het vereist ook dat constructeurs hun werk nauwgezet plannen en ervoor zorgen dat de productie van offsite-onderdelen wordt afgestemd op het onsite-projectplan. Om het eenvoudig te zeggen: de structurele elementen stuur je best niet met de laatste batch!”
En hoe zit het met de administratieve last en de extra verzendkosten? “Die moet je niet overschatten,” zegt Teuwen. “De administratieve last kan in sommige landen hoog zijn, maar een goed georganiseerd bedrijf kan daarmee omgaan. En ja, de verzending is een extra kost, maar het is echt een klein deel van het totale budget. Voor de projectontwikkelaar is het veel belangrijker om projectrisico's te verminderen, want een mogelijke projectvertraging betekent een veel groter verlies.”
Geïnspireerd door dit verhaal?
